Robbert Olijfveld en Aness Serghini schelen zes jaar, maar hebben toch veel gemeen. Ze wonen in Rotterdam-Zuid op steenworp afstand van elkaar en speelden allebei bij Spartaan ‘20 (niet samen). Verder roken de aanvallers aan het betaalde voetbal (bij Sparta en Vitesse), en begint het duo aan het tweede seizoen op sportpark De Bongerd. Een interview uit de presentatiegids 2023/2024.
Olijfveld en Serghini hebben net de eerste, pittige training voor het nieuwe voetbaljaar achter de rug. Niet op het hoofdveld, dat op de schop gaat, maar op een bijveld en onder leiding van Ferry van Lare en Harold van der Ent, de assistenten van hoofdtrainer Leen van Steensel, die nog van zijn vakantie geniet. Op het veld zien we ook een oude bekende: voormalig Barendrecht-spits Jan van der Lugt, die ooit via BVV Barendrecht de stap richting Excelsior Rotterdam kon maken. De aanvaller in ruste loopt stage bij de Barendrechtse hoofdmacht.
Een vergelijkbaar scenario zoals de Berkelaar dat onderging, dat heeft Aness Serghini (22) ook nog wel voor ogen, bekent hij. “Ik zat bij Vitesse Onder-23, maar kwam daar als linksbuiten niet verder. Ik heb er zes jaar gezeten. Ze speelden ook een systeem dat voor mij niet werkte. Toen ik weg was, kwam Phillip Cocu en ging Vitesse weer 4-3-3 spelen.” De Rotterdammer, werkzaam in het onderwijs op een basisschool in Hoogvliet, verkaste vorige zomer naar Barendrecht waar hij het begin van het seizoen in de Derde Divisie miste, maar wel snel zijn vorm wist te pakken.
Jupiler League
Of Robbert Olijfveld nog wel eens van het betaalde voetbal droomt? “Nee, dat is niks meer voor mij”, bekent de 28-jarige Rotterdammer, die werkzaam is als zorgbegeleider in Vlaardingen. Olijfveld speelde alweer negen seizoenen geleden wel enkele duels in de toenmalige Jupiler League, de huidige Keuken Kampioen Divisie. “Met Sparta tegen Almere City, dat zou nu een wedstrijd in de Eredivisie zijn.” Tegen Achilles ‘29, dat is verdwenen uit het betaalde voetbal, scoorde hij een doelpunt.
Daarna zette hij zijn loopbaan voort bij de amateurs van ASWH en IJsselmeervogels, om vorig jaar op De Bongerd neer te strijken. De aanvaller kende een sterk begin, net als de hele ploeg, maar Barendrecht bleek over een heel seizoen toch te wisselvallig voor een succesvol vervolg. Het voetbaljaar eindigde in mei plotseling met een puntenstraf na de veelbesproken 3-4 nederlaag tegen GVVV. “Daar gaan we het niet meer over hebben”, zegt Olijfveld beslist. “We willen vooruit kijken.”
Ups en downs
Waar ging het dan mis met de ploeg die zo ambitieus van start ging en van plan was Barendrecht terug te brengen naar de Tweede Divisie? “Te weinig vastigheden”, gaat de spits verder. “Te veel ups en downs”, vult Serghini aan. Vooral na de winterstop morsten de rood/witten op eigen veld te veel punten. Ook liepen veel spelers tegen gele en rode kaarten aan, zo ook Olijfveld en Serghini.
De laatste miste het beslissende duel tegen GVVV door een schorsing na een rode kaart bij Ter Leede. “Ik ben nog twee wedstrijden geschorst: die voor de beker en het eerste competitieduel.” Dat heeft voor de rechtsbenige linksbuiten een voordeel. “Ik mag nog met vakantie naar Marokko, maar ik ben op tijd terug voor de tweede competitiewedstrijd.”
Een nieuw seizoen betekent ook weer een nieuwe ronde met nieuwe kansen. “Wij gaan voor het kampioenschap”, stelt Serghini beslist. “Of anders met een periodetitel en via de nacompetitie zien te promoveren.” Dat moet dan gebeuren in een afdeling met relatief veel onbekende (zondag)ploegen. “Ik ken bijna niemand”, gaat hij verder. Olijfveld vult aan: “Ik alleen TEC, Sportlust’46 en SteDoCo.”
Veel concurrentie
Zelf begon de jonge Aness Serghini te voetballen bij DEH De Musschen, om later via FC Charlois en Spartaan ’20 bij Vitesse en nu Barendrecht uit te komen. Voor Olijfveld liep die route via Spartaan ‘20 richting Excelsior, Feyenoord en Sparta, toen naar ASWH en IJsselmeervogels en met als voorlopig laatste stop Barendrecht.
Hij speelt het liefste in de spits, maar kwam dit seizoen ook wel eens op de positie van links- of rechtsbuiten terecht, zeker nadat mede-spits Tren Drexhage was aangehaakt. Serghini beklemtoont graag als linksbuiten te acteren, al kan hij ook achter de spitsen ‘op 10’ spelen. “We hebben wel veel aanvallers hoor”, zegt hij. “Maar het is aan de trainer. Veel concurrentie is alleen maar goed.”
Meer doelpunten
De twee aanvallers hebben zich voorgenomen dat ze komend seizoen meer moeten scoren. Olijfveld kwam afgelopen voetbaljaargang tot dertien treffers, Serghini noteerde acht wapenfeiten in de Derde Divisie. “Maar ik ben later ingestroomd he. Maar het moeten er sowieso meer worden.” Olijfveld knikt: hij was ooit goed voor 17 treffers in een seizoen. Dat aantal zou hij wel weer willen benaderen.
“We zullen het met onze kwaliteiten waar moeten maken”, vervolgt hij. “Als we naar de Tweede Divisie willen, dan moeten we ook het verschil kunnen maken.” Zelf speelde de aanvaller met IJsselmeervogels enkele jaren op het hoogste niveau, zonder in Spakenburg overigens een kampioenschap mee te maken. Misschien moet dat dan maar komend seizoen gebeuren, met Barendrecht. “Er ligt een nieuw hoofdveld, dus daar kan het zeker niet aan liggen”, sluit Serghini af.